Clinton versus Trump: wie domineert de polls?

Op wie zou u stemmen als de verkiezingen vandaag zouden plaatsvinden? Met die vraag bombarderen peilingbureaus dagelijks duizenden Amerikanen. Peilingen zijn cruciaal, maar ook heel talrijk en divers. Om het overzicht te bewaren, toont De Tijd u tot 8 november, de dag van de Amerikaanse presidentsverkiezingen, een gemiddelde van de meest recente polls. De percentages geven op nationaal niveau aan hoeveel Amerikanen van plan zijn te stemmen op Hillary Clinton of Donald Trump en geven de tussenstand weer in de race richting Witte Huis.

Laatste update: 8 november

Raak de grafiek aan voor de exacte cijfers. Bron: RealClearPolitics

Het nationale aantal stemmen is echter niet doorslaggevend in de VS. Zo won George W. Bush de gecontesteerde verkiezingen van 2000 – denk aan de eindeloze hertellingen in Florida – hoewel Democraat Al Gore over heel het land meer stemmen haalde.

Dat komt omdat uitslag in elke staat overeenkomt met een bepaald aantal kiesmannen, een essentieel onderdeel van het Amerikaanse electorale systeem. De kandidaat die de meerderheid van de stemmen in een bepaalde staat haalt, krijgt een proportioneel aantal kiesmannen toegewezen. Hoe groter de staat, hoe meer kiesmannen er op het spel staan. Die kiesmannen duiden in het zogenaamde Electoral College de president aan. Het volk verkiest de president dus slechts onrechtstreeks.

Het magische getal is 270. Wie die absolute meerderheid van in totaal 538 kiesmannen bereikt, mag naar het Witte Huis. De procentuele score van de nationale peilingen vertaalt zich in deze tussenstand.

Op twee staten na (Maine en Nebraska) verdelen alle staten hun kiesmannen op winner-takes-all basis. Dat betekent dat slecht een handvol staten uiteindelijk over de verkiezing beslissen, omdat er op veel plaatsen al een duidelijke meerderheid van Democraten of Republikeinen vastligt. Grote staten als Californië of Texas spelen daardoor amper een rol van betekenis, omdat ze in elke verkiezing toch met heel grote zekerheid naar respectievelijk de Democratische en de Republikeinse kandidaat gaan.

Enkele staten kantelen de ene jaargang naar de Democraten en de andere naar de Republikeinen. Dat zijn de zogenaamde swing states die het resultaat zullen bepalen. Dat zijn staten als Florida en North Carolina. Om een goed overzicht te krijgen van de kansen van de kandidaten, loont het in dit geografische en mathematische spel dus ook de moeite om goed de swing states in het oog te houden.

De kaart hieronder geeft die situatie weer. De oppervlakte van elk vierkant komt overeen met het aantal kiesmannen dat er te verdienen valt, en dus met het gewicht van de staat in het Electoral College. Beweeg over de kaart voor het exacte aantal kiesmannen en bekijk ook waar de staten vorige verkiezingen naartoe gingen.

OH FL NC AZ GA IA MI MO NV NE WA OR CA HI SC AL MS LA AR KS OK TX UT NM CO IL WI MN ND SD MT ID WY IN PA MD NJ NY MA VT CT NH ME RI VA DC DE WV KY TN AK

De staten, proportioneel volgens aantal kiesmannen, voor Clinton en Trump, en de swing states