Interactief

Als 50 miljoen voor een voetballer normaal wordt

Van Neymar over Kane tot de piepjonge Lavia: nooit eerder verhuisden zoveel voetballers voor minstens 50 miljoen euro als deze zomer. Voor wat ooit een megatransfer was, draaien de Premier League-clubs en de Saoedi's vandaag hun hand niet meer om.

Door Olaf Verhaeghe, Thomas Roelens en Raphael Cockx 1 September 2023

Al 31 jaar is hij intussen en toch legt zijn nieuwe club nog 90 miljoen euro aan transfersommen op tafel. De Braziliaan Neymar ruilde de boorden van de Seine voor de woestijn. Na zes seizoenen, 173 wedstrijden en 118 doelpunten voor de Franse topclub Paris Saint-Germain trok het dribbelwonder naar de Saoedische recordkampioen Al-Hilal SFC.

Neymar is slechts een van de intussen 27 voetballers die de voorbije weken voor een bedrag van minstens 50 miljoen euro werd verkocht. Nooit eerder transfereerden zoveel spelers in één mercato voor een transfersom boven die drempel. Het maakt van de zomer van 2023 opnieuw een recordzomer in het voetbal.

Duizenden afkoopsommen

Op basis van de database van het gerenommeerde Transfermarkt reconstrueerde De Tijd alle voetbaltransfers sinds 1992. Concreet gaat het om de inkomende transfers in en naar de vijf grootste Europese competities in Engeland, Italië, Spanje, Duitsland en Frankrijk, aangevuld met de Portugese, Nederlandse en Belgische eerste klasse. Ook de Chinese, Amerikaanse en Saoedische liga's nemen we mee, vanwege hun recente relevantie in het mondiale voetbal.

De voorbije dertig jaar werden in die elf competities ruim 19.000 betaalde transfers gerealiseerd, alles samen goed voor meer dan 87 miljard euro. De jongste seizoenen zijn zowel de betaalde overstappen als de totalen aan betaalde afkoopsommen explosief toegenomen. Voorlopig blijft 2019-2020 het recordseizoen met bijna 7,3 miljard euro aan transfers, maar de kans is groot dat dat dit seizoen verbroken wordt.

Zowel aantal transfers als transfersommen explosief toegenomen

Ook dit jaar strooien de clubs immers opnieuw met vele honderden miljoenen, vooral in de Engelse Premier League, maar voor het eerst ook fors vanuit het Midden-Oosten. Alles samen gaat het al om bijna 7,2 miljard euro. De sommen die de Saoedische clubs makkelijk neertellen voor één speler - nog los van de ongeziene salarissen - zetten het transfersysteem onder nog hogere druk. Zeker omdat de transfermarkt in en naar Saoedi-Arabië drie weken langer openblijft dan in de meeste Europese competities.

Al is de inflatie van transferbedragen in het mannenvoetbal allerminst nieuw. Dat leert een diepere analyse van de supertransfers die de voorbije jaren werden gerealiseerd.

De 50 duurste transfers schuiven seizoen na seizoen verder op

De vijftig duurste voetballers per seizoen op één grafiek toont meteen in welke mate de individuele bedragen alleen maar zijn opgelopen.

Neymar is het typevoorbeeld van een gigatransfer. Niet alleen met zijn overstap naar het Saoedische Al-Hilal SFC deze zomer.

Samen met zijn verhuizing van het Braziliaanse Santos naar FC Barcelona en de recordtransfer aller tijden - 222 miljoen van Barça naar PSG - kostte Neymar tijdens zijn carrière al 400 miljoen euro aan transfersommen.

Ook buiten de absolute extremen, is de trend naar meer betalen voor grote talenten en gewilde voetballers al jaren aan de gang. Eind jaren 90 en begin jaren 2000 schommelde het gemiddelde voor de vijftig duurste transfers rond de 10 à 15 miljoen euro.

De jongste seizoenen is het gemiddelde bedrag dat aan toptransfers wordt besteed, pijlsnel toegenomen. Voor het eerst in de geschiedenis ligt dat cijfer dit jaar boven de 50 miljoen euro.

Ook de top met duurste transfers is de voorbije dertig jaar naar boven opgeschoven. De allereerste transfer waar een som van minstens 50 miljoen euro mee was gemoeid, was die van de Argentijnse spits Hernán Crespo van Parma naar Lazio in 2000.

In de jaren die volgden, bleef 50 miljoen euro voor één speler eerder uitzonderlijk. De overstap van Zinedine Zidane van Juventus naar Real in de zomer van 2001 hield jarenlang het record vast.

Tot het fenomeen Cristiano Ronaldo het hof werd gemaakt. Opnieuw zorgde Real Madrid voor een transferrecord toen het in 2009 de Portugees voor 94 miljoen euro ophaalde bij Manchester United.

Real Madrid doorbrak ook voor het eerst in de geschiedenis de onmogelijk geachte grens van 100 miljoen euro. De toen 24-jarige Gareth Bale, Welshman en een razendsnelle linkspoot, werd weggekocht bij Tottenham Hotspur.

Vanaf dat moment sneuvelde de grens van 100 miljoen euro voor één speler meermaals. Tot en met vorig seizoen gebeurde dat dertien keer in totaal.

De voorbije weken werden nog vier spelers aan dat rijtje toegevoegd. Harry Kane trok naar Bayern, Jude Bellingham naar Real Madrid. Moisés Caicedo ruilde Brighton voor Chelsea en Arsenal betaalde 116,6 miljoen euro voor Declan Rice aan West Ham United.

Met intussen 27 voetballers die dit seizoen minstens 50 miljoen euro kostten is wat ooit een megatransfer was stilaan een normaal gegeven. Tot 2015 gebeurde dat maximaal vijf keer per seizoen. Meer dan één op de vijf 50 miljoen-transfers werd dit seizoen gerealiseerd.

Ruim de helft van de toptransfers van dit seizoen waren er richting de Premier League. Twaalf van de twintig Engelse eersteklasser kochten zeker één speler uit die top 50 en betaalde zo minstens 34 miljoen.

De Premier League is al langer de meest dominante competitie wat de grootste transfers betreft. De Engelse eerste klasse nam dankzij de explosie aan tv-inkomsten die rol over van de Spaanse - in casu vooral Real Madrid en Barcelona - en de Italiaanse competitie.

De Saoedische topclubs realiseerden dan weer negen van de vijftig duurste overstappen dit seizoen. Naast Neymar gaat het onder meer om Otávio, Rúben Neves, Aleksandar Mitrović en Riyad Mahrez.

Ook Belgische voetballers maken de jongste jaren vaak deel uit van de vijftig duurste voetbaltransfers. De duurste Belg is en blijft voorlopig Romelu Lukaku, zowel wat betreft individuele overstap als de totaalsom over zijn volledige carrière. Alles samen betaalden clubs al bijna 340 miljoen euro aan transferbedragen voor de spits.

Met Jérémy Doku, Roméo Lavia en Loïs Openda duiken ook dit jaar drie Belgen in de top 50 op. Voor Doku en Lavia betaalden hun nieuwe clubs meer dan 60 miljoen euro, grote bedragen voor spelers van amper 21 en 19 jaar oud. Leipzig had 38,5 miljoen euro over voor Openda, ook nog maar 23.

Vraag is hoe fel en hoelang de inflatie op de Europese en internationale transfermarkt kan blijven gaan. Naar verluidt weigerde PSG een astronomisch bod van 300 miljoen euro uit Saoedi-Arabië op de Franse superster Kylian Mbappé, terwijl er ook bedragen van ruim 150 miljoen euro circuleren rond Victor Osimhen, spits van Napoli en ooit actief in de Belgische competitie. Tegelijk schrijven almaar meer clubs gigantische afkoopclausules in nieuwe contracten van hun spelers, soms voor ettelijke honderden miljoenen.

De hogere inkomsten uit media- en tv-rechten, zowel voor binnen- als buitenlandse uitzendingen, drijven de uitgaven op het vlak van transfers en salarissen in het voetbal almaar hoger. Zeker voor de Engelse Premier League is die inkomstenstroom cruciaal. Een select kransje topclubs profiteert ook jaar na jaar van een zekere miljoenenstroom uit de Europese competities als de Champions League.

Tegelijk ontbeert het internationale voetbal een beperkende koepel zoals de grote Amerikaanse profcompetities in het basketbal, American football of ijshockey dat wel kennen. Door transfers af te schaffen, te werken met salarisplafonds en zowel inkomsten als talent te herverdelen over de clubs blijft het speelveld er veel evenwichtiger. In het voetbal zit de macht bij de verschillende voetbalbonden, de makelaars en de clubs, die laatste al dan niet als deel van grote holdings met meerdere teams of speeltje van steenrijke buitenlandse eigenaars.

In de meeste Europese competities sluit de transfermarkt vrijdagavond 1 september af. In de Belgische Jupiler Pro League blijft de markt nog open tot en met 6 september, de Saoedische clubs kunnen nog spelers aantrekken tot en met 20 september. De analyse van De Tijd houdt rekening met alle officieel aangekondigde en door Transfermarkt gepubliceerde overstappen tot en met 1 september 2023.